Categorieën
Interview

Omgevingswet biedt houvast bij omgaan met veranderende fysieke realiteit

De Omgevingswet biedt veel ruimte voor lokaal initiatief en maatwerk. Hoe verhoudt zich dat tot het ‘sturende’ karakter van een programma als ‘Water en Bodem sturend’ en een van de uitgangspunten van de NOVEX dat niet alles overal kan? Een gesprek met Joost van Halem en Geert Koskamp.

Tot begin dit jaar was Joost van Halem, sinds januari programmamanager ‘Water en Bodem sturend’ vier jaar werkzaam als Verandermanager Implementatie Omgevingswet Rijk. “Het voelt een beetje alsof ik het estafettestokje aan mezelf heb doorgegeven. Als verandermanager heb ik de rijkspartijen ondersteund bij de voorbereiding op de Omgevingswet. Nu ben ik aan de slag om via de Omgevingswet te werken aan de ambities binnen het beleidsdomein water en bodem. Dat doen we onder meer door een integrale aanpak, gebiedsgericht werken en participatie aan de voorkant.”

NOVEX – samenwerken aan plannen voor ruimtelijke inrichting

Geert Koskamp is begin dit jaar gestart als afdelingshoofd Fysieke Leefomgeving en Kennis binnen IenW, een afdeling die de doelen en ambities van het ministerie vertaalt naar en verbindt met de nationale ruimtelijke opgaven. Daarnaast vertegenwoordigt Geert de rijkspartijen in de programmaraad voor de Omgevingswet en valt de voorbereiding van IenW op de Omgevingswet binnen zijn afdeling. Koskamp: “Als afdeling Fysieke Leefomgeving en Kennis bereiden we bijvoorbeeld alle standpunten van het ministerie voor, als het gaat om de NOVEX. Binnen dat programma werken alle overheden samen aan plannen voor de ruimtelijke inrichting van Nederland. Eén van de leidende principes voor die inrichting, is het uitgangspunt dat water en bodem sturend zijn.”

Omgevingswet: niet afwentelen van problemen

De Omgevingswet is onder meer bedoeld om meer ruimte te bieden aan initiatiefnemers en lokaal maatwerk. Staat dat niet op gespannen voet met het sturend laten zijn van water en bodem en een van de NOVEX-uitgangspunten dat niet alles overal kan? Van Halem: “Juist niet. Water en bodem zijn gewoon onderdeel van onze fysieke omgeving en daar moeten we wat mee. Zeker met het oog op opgaven als verdroging op hoge zandgronden, of verzilting in veenweidegebieden. Ik denk dat iedereen zich daar wel bewust van is. Mensen weten wat er op het gebied van water en bodem aan de hand is. Voorheen hebben we nog wel eens de neiging gehad om problemen af te wentelen en te zeggen ‘dat lossen we later wel een keer op’. Maar in de bedoeling van de Omgevingswet zeggen we nu: we wentelen niet af, maar pakken de opgaven die in een gebied spelen juist op een integrale manier aan.”

Gebiedsgerichte aanpak

“Daarnaast”, vervolgt Van Halem, “is er – als het gaat om Water en Bodem sturend bijvoorbeeld – heel duidelijk gekozen om veel ruimte te laten voor maatwerk en een gebiedsgerichte aanpak. De doelen staan centraal. Maar als je een slimmere manier weet om die doelen te bereiken – bijvoorbeeld omdat dat beter past bij bepaalde gebiedskarakteristieken – dan is dat prima.” Datzelfde geldt voor de manier waarop provincies aan de slag zijn met het maken van plannen voor de NOVEX, geeft Koskamp aan: “Die aanpak waarbij de provincies aan zet zijn op het gebied van de ruimtelijke ordening is juist helemaal In de geest van de Omgevingswet. Waarom zou je proberen alles landelijk te regelen als er lokaal maatwerk vereist is?”

Onderscheid fysieke werkelijkheid en ‘spelregels’

Koskamp vervolgt: “Ik denk bovendien dat het goed is om een onderscheid te maken tussen enerzijds de fysieke werkelijkheid en anderzijds de manier waarop je dingen regelt en afspraken met elkaar maakt over hoe je met die fysieke werkelijkheid omgaat. Het is nu eenmaal zo dat we in de fysieke werkelijkheid niet alles kunnen realiseren wat we misschien wel graag zouden willen. Zeker niet omdat die fysieke werkelijkheid ook nog eens verandert als gevolg van klimaatverandering. Denk aan langere periodes van droogte, of extremere regenval. Dat is gewoon een fysieke realiteit waar we ons toe moeten gaan verhouden. De Omgevingswet geeft ons houvast hoe we daarbij met elkaar aan de slag moeten gaan. Het zijn daarmee in feite de spelregels.”

Hoe houd je de boog gespannen?

De Omgevingswet kent een hele lange voorbereidingstijd. Hoe houd je de boog gespannen? “Soms is dat gewoon lastig”, zegt Koskamp. “De wereld heeft niet stilgestaan sinds met het optuigen van de wet begonnen is. In die meer dan tien jaar tijd hebben we bijvoorbeeld enorm veel Europese regelgeving moeten implementeren. De uitdaging is dan vooral hoe je ervoor zorgt dat dat allemaal verband met elkaar blijft houden. Wat het gemakkelijker maakt om de energie vast te blijven houden, is een stabiel netwerk van betrokkenen bij de partijen met wie je samenwerkt. Als het gaat om de contactpersonen bij Rijkswaterstaat en ProRail, zie ik best een steady lijn. Dat maakt het dan vervolgens ook weer wat minder ingewikkeld.”

Van Halem: “Ik denk dat het essentieel is om te blijven oefenen. Dan blijft het concreet. Daarnaast denk ik dat we een eindspurt nodig hebben, voordat de wet in werking treedt. Vergelijk het met de voorbereiding op een examen op de middelbare school. Veel leerlingen beginnen pas op het allerlaatste moment te leren. We zullen nu ook zien dat er met het definitieve groene licht een hele nieuwe dynamiek ontstaat. Ik verwacht dat iedereen er vol energie mee aan de slag gaat.”

De nieuwste artikelen direct in je mailbox ontvangen?

Laat je mailadres hieronder achter!

We sturen je geen spam. Lees ons privacybeleid voor meer informatie.

De nieuwste artikelen direct in je mailbox ontvangen?

Laat je mailadres hieronder achter!

We sturen je geen spam. Lees ons privacybeleid voor meer informatie.

Wij kunnen ook van jou leren. Deel je tips of reactie op dit verhaal.

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *